28-10-2015 Tempels en grafheuvels rond Gyeongju  83 km / 1406 hm
Om 7.00 uur loop ik mijn hotel -in het centrum van Gyeongju- uit. Het is slechts 6 graden. Voor ik op de fiets stap doe ik een extra shirt net lange mouwen aan onder mijn windstopper tegen de kou. Tegenover het hotel fiets ik meteen langs een grasveld met enkele grafheuvels erop. Twee blokken verder naar het oosten zijn er nog meer grafheuvels. Op de grootste grafheuvel staan op de flanken enkele grote bomen in herfstkleuren. Het ochtendlicht -het is helemaal helder- op de bomen is fraai.
Verder naar het oosten kom ik om 8.30 uur bij het tempelkomplex van Bulguksa. Op de vierbaansweg hier naar toe was het rustig. Maar er zijn toch al een aantal bussen en met een grote groep kinderen loop ik vanaf de parkeerplaats de trappen op naar de tempel. De verschillende groepen zijn zo groot dat er steeds iemand voorop loopt met een microfoon en geluidversterker om ze toe te spreken. Bij de tempel uit de Shilla periode -gebouwd rond het jaar 750- is het helemaal druk met kinderen. Enkele kinderen vinden het leuk om me gedag te zeggen of ze zwaaien naar me. Ook zijn er een paar kinderen die met me op de foto willen. De kinderen spreken opvallend goed Engels.
In de toegangspoort staan een soort poortwachters. De poortwachters zijn zeer kleurrijk geschilderd en doen me meer denken aan hindoe India dan aan een boedhistische vertoning. De voorgevel van het komplex ligt op een verhoging met 2 stenen trappen naar boven. Die trappen mogen niet gebruikt worden. Via een zijingang kom ik op een binnenplein met daarop een rechthoekige tempelhal. De dakrand van de tempel is prachtig versierd. In de hal staat een verguld boeddhabeeld. Verder naar achteren zijn er nog meer binnenpleinen met op elk plein een tempel in het midden. Het geheel wordt extra fraai door de bomen die nu in herfstkleuren zijn.
Vanaf de tempel fiets ik verder naar de Seokguram tempelgrot. Langs de weg staat een bord dat het verboden is om hier te fietse. Ik negeer het bord. Volgens mijn reisgids is het maar een klein stukje verder naar de grot. Met de fiets is het echter een flinke beklimming naar een hoogte van 500 meter boven zeeniveau.
Na een kleine wandeling vanaf de parkeerplaats staan er 2 kleine tempels die prachtig op een berghelling staan. In de eerste tempel waar ik naar toe loop staat aan de achterzijde van het gebouw een boeddhabeeld in een grot. Er staan monikken te "bidden". Binnen mag je geen foto's maken. Net na mij wil een Franse toerist een foto maken. Een vrouw -die bij de uitgang staat- raakt hiervan behoorlijk in de stress.
Na een flinke afdaling staan er op een kruizing een aantal eettentjes. Bij één van die eettenten hebben ze momo's. Dit zijn gaargestoomde deegwaren met vulling, die ik ken uit Nepal. Ze hebben drie verschillende soorten. Ik heb geen idee wat het verschil is en bestel op goed geluk een bakje met momo's. De momo's worden nog even verder gaar gestoomd. Binnen in het kleine restaurant eet ik ze op. En zoals altijd met momo's zijn ze lekker.
Niet veel verder kom ik bij de Gririmsa tempel. Bij de parkeerplaats moet ik voor de derde keer vandaag een entreekaartje kopen. Deze tempels zijn ook uit de Shilla-periode en hebben een prachtig interieur. In tegenstelling tot de andere tempels zijn hier bijna geen bezoekers.  In één van de tempels staan een hondertal beelden van boeddha's of misschien zijn het zijn volgelingen. Ik maak er foto's van. Er staan hier geen borden dat dat verboden is. Bovendien vind ik het ook niet meer van deze tijd dat je geen foto's meer mag maken. Iemand verderop in het komplex roept iets tegen mij. Ik kan hem niet verstaan, maar ik heb de indruk dat het toch niet is toegestaan om hier foto's te maken.
Na dit tempelbezoek volgen er een paar steile hellingen. Er staan bordjes bij van 10% en één keer zelfs van 15%. Vlak voor de top van een helling toetert er een vrachtwagenchauffeur achter me. Ik zie ook tegenliggers aan komen. Om meer ruimte maken ga ik aan de kant van de weg staan. Als ik achterom kijk zie ik dat de vrachtwagen een lange aanhangwagen heeft die mijn achtertassen gaat rammen. Ik druk snel mijn fietsstuur en daarmee mijn fiets naar de grond zodat mijn linker achtertas -die naast mijn achterwiel hangt- geheel boven het wiel terecht komt. Het achterwiel van de aanhangwagen rijdt slechts enkele centimeters langs mijn achterwiel. Wat een opluchting, ik leef nog. De vrachtwagenchauffeur heeft ook in de gaten dat hij mij misschien wel aangereden heeft en laat het gas los. Zodra hij me weer kan zien in de spiegel zwaai ik naar hem om aan te geven dat alles goed gegaan is. Hij begrijpt dit en rijdt weer verder.
Na de regen van gisteren moet ik mijn droge ketting smeren. Vandaag is het gelukkig weer droog en zonnig. In de middag wordt het 18 graden. Dat is een stuk koeler dan het heerlijke zomerweer in Japan -waar het nu ook niet meer zo warm is- en volgens de weersverwachting gaat het de komende week elke dag een graad kouder worden.
Zo'n 20 kilometer voor Pohang ga ik in een bushokje thee zitten drinken. Naast het bushokje ligt er op straat rijst te drogen. Ik kijk in mijn -LP- reisgids waar ik in Pohang kan overnachten. Pohang blijkt een sort badplaats te zijn tegenover de op één na grootste staalfabriek ter wereld. Dat klinkt als de Koreaans variant van Wijk aan Zee/IJmuiden met de hoogovens van Tata.
Na een dag met redelijk rustige wegen wordt het in de stad snel drukker. Gelukkig is er het laatste deel een fietspad over een rivierdijk. Bij Bukbu Beache neem ik een businessroom voor 65000 Won in het Design A2 motel. Ze hebben ook een economyroom voor 40.000 Won, maar daar heb je geen uitzicht op zee. Op mijn luxe designkamer drink ik voor zonsondergang een kopje thee met uitzicht op het strand en de staalfabriek aan de overkant van de baai.
De batterij van de camara laad ik op. Ik heb hiervoor niet meer -zoals in Japan- de wereldstekker nodig.
In het begin van de avond ga ik op zoek naar een restaurant. Vlak naast mijn hotel is een BBQ-restaurant. Ik ben gelijk verkocht. Toch wandel ik eerst nog verder om te zien wat er nog meer van restaurants zijn. Er zijn nog hamburger-, pizza- en veel visrestaurants. Ik ga terug naar het BBQ-restaurant. Voor 24.000 Won bestel ik de kleinste portie van 400 gram vlees. Midden in mijn tafel wordt een kleine BBQ geplaatst en een mooi stuk vlees wordt voor me in stukken geknipt en op de BBQ gelegd. Naast het vlees worden er nog diverse bordjes met onder andere salade gebracht. Ik krijg er water bij om te drinken. Mijn buren bieden me nog sterke drank aan, maar daar houd ik niet van. In Japan heb ik nog veel cola gedronken, maar nu de temperatuur niet meer boven de 20 graden uit kom drink ik nog nauwelijks frisdrank. Je kunt hier ook niet meer zo veel frisdrank kopen als in Japan.
Na het eten loop ik nog een stuk door de wijk. Ze hebben hier geen -zoals de afgelopen dagen- Franse bakker. Bij de "7-eleven" koop ik een belegd broodje voor het ontbijt van morgen. Ik zoek ook naar een pinautomaat met juiste logo's om geld op te nemen. Pinautomaten zijn er genoeg, maar ik zie geen pinautomaat waar ik met mijn giropas kan pinnen. Morgenochtend zal ik met mijn Visakaart proberen te pinnen.

30-10-2015 Fietsroute en het Mangsang auto camping resort  105 km / 1637 hm
Na een ontbijt van toastjes met mijn laatste leverpastei sta ik om 7.30 uur buiten bij mijn fiets voor het toeristenhotel van Uljin. Het is 6 graden en ik vraag me af of het niet te koud is in de korte broek.  Eenmaal op weg -mijn hotel ligt slechts 100 meter van route 7- lijken mijn benen gek genoeg nog de minste last te hebben van de kou. Gelukkig begint de zon al snel te branden en is het steeds warm in de zon en koud in de schaduw.
Na 8 kilometer moet ik de weg -route 7 die ook AH6 van het Asien Highway system heet- verlaten. Vanaf hier is de weg een motorway en verboden voor fietsers. Gisteren heb ik een groot deel van de dag op de vluchtstrook van deze vierbaansweg gefietst. Een enkele keer kon ik een stuk over fietsroutes langs de kust fietsen, maar steeds kwam ik weer terug op de grote weg.
Op weg naar het noorden langs de oostkust kom ik vandaag al snel op een fietsroute die hier wel helemaal af is. Op een parkeerplaats -met prachtig uitzicht over de kust- staat een fietspomp en een hokje -zo groot als een telefooncel- met daarin een kaart van het fietsroutenetwerk van Zuid Korea. Er is een stempel aanwezig. Jammer dat ik geen stempelboekje heb. Op de kaart staat aangegeven dat het traject wat ik gisteren gefietst heb gepland staat voor 2015. Ik was dus net te vroeg, binnenkort zal ook die fietsroute langs de oostkust tot aan Busan af zijn.
Plotseling staat er een groepje fietsers achter me. Ik vraag ze of ze Engels spreken en of de routes die op de kaart staan daadwerkelijk fietsroutes zijn. Ik denk dat dat zo is maar ik kan het niet lezen. Eén fietser zegt dat het inderdaad fietsroutes zijn en vraagt waar ik naar toe wil. Ik wijs Gangneung aan op mijn fietskaart. Ik probeer het niet uit te spreken, want dan verstaat hij me waarschijnlijk niet. Ik heb namelijk geen idee hoe ik dit moet uitspreken. Hij fietst daar ook naar toe en ik mag met hem mee fietsen. Ik wijs het aanbod af want hij is met zijn racefiets veel te snel voor me.
Bij Imwon fiets ik -van de route af- het vissersdorp in. In het dorp is een straat met stalletjes waarvoor allemaal bakken met levende vis staan. Vers water stroomd door al die plastic bakken om goed voor de vis te zorgen. Een vissersboot is iets verderop netten aan het laden. Op de kade zijn mannen de visnetten aan het repareren.
Terug op de goede fietsroute slingert de weg steeds onder de "snelweg" door. Een enkele keer gaat de route over een heuvel terwijl de snelweg door een tunnel gaat. Vooral de stukken waar de fietsroute vlak langs de kust ligt zijn fraai met leuke vissersdorpen en havens.
Bij Samcheok en Donghae slingert de route over fraaie fietspaden langs grote industriekomplexen. De route is hierdoor veel langer dan ik gedacht had en ik zie Gangneung -waar ik wil overnachten- niet snel naderbij komen.
Twee keer fiets ik een stuk verkeerd, maar toch vind ik dat de route goed staat angegeven. Het is in ieder geval een stuk rustiger fietsen als in Japan en de fietspaden zijn ook beter.
Nu ik het toch over Japan heb vraag ik me af wat het verschil is tussen Japan en Zuid Korea. Het grootste verschil -vind ik- is dat je in Japan het gevoel hebt dat er nergens meer ruimte over is. Beide landen hebben veel bergen met bos. Ik heb het vermoeden dat er weinog verschil is in de bevolkingsdichtheid. Maar toch lijkt in Japan dat -buiten de bergen- iedere centimeter bezet is. De huizen hebben een klein perceel en zijn meestal uitgebouwd tot de rand van het perceel. De wegen -en fietspaden- en de auto's zijn smal. Zelfs in de dorpen staan de rijstvelden en huizen tot vlak bij de weg.
Japan is uiteraard een stuk rijker en verder ontwikkeld. Dat verschil zie ik echter meestal niet. Tot nu toe heb ik ook meer geld per dag uitgegeven in Zuid Korea. De hotels die ik heb gehad in Zuid Korea waren iets nieuwer en duurder, maar daar tegenover dat ik in Japan waarschijnlijk meer dan € 7,-- per dag meer uitgegeven heb aan frisdrank omdat het daar veel warmer was.
De hele dag zie ik al op de kaart het Mangsang autocamping resort staan. Mijn plan is echter om verder naar het noorden te overnachten om morgen vroeg de bergen in te fietsen.
Om 16.15 uur fiets ik door Mangsang. Op de borden hier staat aangegeven dat het nog 40 kilometer naar Gangneung is. Dat is te ver om voor het helemaal donker is -om 18.00 uur- naar toe te fietsen. Ik vind het nog te vroeg om te stoppen. Aan de andere kant sleep ik nu mijn tent mee van hotel naar hotel en het is de waarschijnlijk de enige camping die ik hier tegen kom.
Ik besluit te stoppen. Voor 22.000 Won mag ik op de camping -die aan het strand ligt- mijn tent op een houten vlonder op zetten. De warme douche -die ik alleen tussen 16.00 en 18.00 uur mag gebruiken omdat er weinog gasten zijn- is heerlijk. Ik wil er niet meer onderuit want buiten wacht -nu de zon ondergaat- de koude. Terug bij de tent zet ik mijn muts op om niet te snel af te koelen.
Veel van de restaurants langs het strand zijn gesloten of willen voor mij geen eten klaar maken. Bij een pizzeria kan ik nog wel een pizza bestellen. Zo lijkt het althans, of toch ook weer niet. De communicatie verloopt nogal moeilijk. Kan ik nu wel of niet een pizza bestellen? Om uit deze impasse te komen besluit ik de pizza te betalen. Ik geef an dat ze de prijs op de rekenmachine moeten intypen. 16.000 Won typt de serveerster in. Ik betaal. "Take out", vraagt ze. "Ja", zeg ik.
Een kwartier later komt ze met een bord met de pizza erop. Dus toch maar hier opeten. Ik krijg er ook een cola bij. Terug bij de tent is het helemaal donker. Ik wandel eerst het strand op, daarna loop ik naar de winkels langs de weg op zoek naar een pinautomaat. Ik zie geen pinautomaat.
Terug bij het strand loop ik naar een kleine supermarkt, die tussen de restaurants staat. Ze hebben een pinautomaat. Er staan geen logo's op. Met mijn girokaart kan ik -net als gisteren- niet pinnen. Met mijn visa-kaart kan ik wek pinnen en ik loop 200.000 Won rijker de winkel uit.

2-11-2015 Metropool Seoul  76 km / 322 hm
De afgelopen twee dagen ben ik door de bergen vanaf de oostkust naar de Han-rivier gefietst. Zo eet ik nu op mijn hotelkamer mijn ontbijt -stokbrood van de Franse bakker- met uitzicht over de brede rivier met bergen op de achtergrond. Het hotel staat langs de rivierdijk. Achter de dijk ligt in de uiterwaarden het fietspad naar Seoul.
Gisteren was het bij mijn vertrek 4 graden onder nul -op een hoogte van 500 meter-, vandaag zo'n 5 graden boven nul. Het is een klein beetje bewolkt. Over goede fietspaden vervolg ik mijn weg. Het is even wennen aan deze nieuwe fietsroute. Twee keer fiets ik verkeerd op een doodlopend fietspad. Ik kan de borden langs de fietsroute niet lezen. Gelukkig heb ik wel een kaart geprint van Jan Boonstra. Dit is een Nederlander die in Busan woont en veel informatie over fietsen in Zuid Korea heeft op zijn website. Al snel heb ik door hoe de fietsroute staat aangegeven en fiets ik nergens meer verkeerd.
Naar mate ik de grote stad -10 miljoen inwoners- Seoul nader maken de bergen op de achtergrond plaats voor torenflats. Er zijn veel fietsers en wandelaars onderweg. Velen van hen zijn -zoals hier gebruikelijk- helemaal ingepakt. Ook hun gezicht is vaak bedekt en als ze een zonnebril op hebben is er niets meer van ze te zien.
Voor een deel gaat de route over een oud spoorwegtraject. Zo fiets ik nu over een perfect fietspad door een oude spoortunnel. Na de tunnel fiets ik over een oude spoorbrug om een brde zijrivier over te steken. Een groot deel van de route gaat ook door parken waar trimmers zich uitleven op de fitnessapparaten langs het fietspad.
De wolken lossen op, maar steeds als ik dichter bij de stad kom zijn er weer nieuwe wolken. Ik vraag me af of het smog is. Misschien is het boven deze stad wel nooit helemaal helder.
Vlak voor het centrum is er een enorme toren in aanbouw. Ik heb inmiddels geen idee hoe ver ik de stad al ingefietst ben. Er liggen zo veel bruggen dat ik de tel kwijt geraakt ben. Aan de overzijde van de rivier ligt -als een eiland in de stad- een berg met bos en de N Seoul Toren erop. Voorbij die berg moet ik de Banpo-brug over en aan de noordzijde van de toren op zoek naar een hotel gaan.
Net naast de Banpo-brug is een drijvend eiland met een paar moderne gebouwen erop. Hieraan kan ik de brug herkennen, zodat ik nu weet waar ik precies ben in de stad. Van hieruit fiets ik een paar kilometer naar het noorden tot ik een afslag zie naar Namdeanummarket. Hier sla ik rechtsaf. Al snel fiets ik langs een soort China town. Ik kijk op het kaartje van dit stadsdeel in mijn reisgids. Het lijkt erop dat ik op de goede weg ben. Ergens naar rechts moet een wijk zijn met veel hotels. Ik fiets al snel naar rechts omdat ik daar diverse hotels zie. Het zijn echter niet de hotels die in mijn reisgids staan, die liggen pas in de volgende wijk. Het is een leuke wijk tussen het Namsan kabelbaanstation en de Namdeanummarket.  Ik besluit hier om niet naar één van de hotels te gaan in de steegjes, maar naar een iets groter en luxr hotel te gaan. Dat bkijkt een goede keuze, want voor 60.000 Won heb ik een lekker luxe hotelkamer.
Bij de receptie informeer ik of ik morgen nog een trip naar de DMZ kan maken. DMZ staat voor Demilitarized Zone op de grens tussen Noord- en Zuid Korea. Voor de beste trips hier naar toe had ik me meer dan 48 uur van te voren moeten aanmelden. Omdat ik niet wist dat ik vandaag al zou aankomen in Seoul, heb ik me niet eerder aangemeld. Gelukkig kan ik me nog wel voor een trip naar de DMZ aanmelden. We spreken af dat ze me morgen om 7.35 uur ophalen bij het hotel en dat ik iets eerder mag ontbijten in het hotel. Een trip dus zonder een bezoek aan de JSA -Joint Security Area- en op de terugweg zal de trip eindigen bij City Hall. Zo kan ik dan mooi dat deel van de stad morgen nog bezoeken.
Volgens de receptionist van het hotel is het heel ver lopen naar de N Seaoul Tower en kan ik beter de kabelbaan nemen. Ik besluit toch te gaan lopen en omdat ik per ongeluk de korte route naar boven loop ben ik veel te vroeg bij de toren. Ik vind het altijd het leukste om rond zonsondergang een uitkijktoren bij een grote stad in te gaan. Op de manier kan ik de stad zowel met daglicht als in het donker van bovenaf bekijken. Voor ik de toren in ga ga ik eerst eten in een restaurant onder aan de toren om de tijd -die ik te vroeg ben- te doden en om wat tegen mijn knorrende maag te doen. Vanuit het restaurant is het uitzicht al erg fraai. Het is helaas wat heiig, maar volgens mijn reisgids is dat gebruikelijk hier.
De toren staat midden in een bos met loofbomen. De herfstkleuren zijn van bovenaf prachtig te zien. Uiteraard is het uitzicht over de stad indrukwekkend. Het mannentoilet doet me denken aan 2 jaar geleden, toen ik in Bratislava in het restaurant van de Novy Most -tijdens de fietstocht van Wenen naar Budapest- was. Je kon daar op het toilet -net als hier- plassen met een megauitzicht. Een uur na zonsondergang wandel ik weer naar beneden.
Voor ik terug ga naar mijn hotel wandel ik eerst nog door de straten van de Namdeanummarket. Dit is een sfeervol winkelgebied -een soort China town- met allemaal winkeltjes, restaurants en stalletjes op de weg waar van alles te koop is. Het zijn vooral etenswaren en goedkope artikelen die te koop zijn. Op de terugweg wandel ik door een smalle glibberige steeg. Eerst denk ik dat ik aan de achterzijde van de restaurants ben uit de hoofdstraat. Dat is echter niet zo, hier zitten allemaal minirestaurants met de keuken op straat. Terug bij de ingang van de markt koop ik voor 1000 Won een lekker stuk meloen.
Op weg naar mijn hotel kom ik door straten waar ik nog niet eerder geweest ben. In de wirwar van straten loop ik te ver de helling -waar deze wijk tegenaan is gebouwd- op. Ik moet weer terug tot ik een straat zie waar ik eerder met de fiets ben geweest. Daarna ben ik snel weer terug bij mijn hotel.

4-11-2015 Op weg naar het vliegveld  89 km / 238 hm (totaal inclusief Japan 2020 km / 1887 hm)
Na een dag zonder fietsen -bustocht naar DMZ en wandeling door Seoul- stap ik vandaag na een klein ontbijtbuffet voor de laatste etappe op de fiets. Ik vertrek veel later -9.30 uur- dan tot nu toe op deze reis. Vannacht om 0.55 uur vertrekt mijn vliegtuig op weg naar Amsterdam. Nu wil ik niet pas laat in de avond op het vliegveld aan komen, want ik heb er een hekel aan om in het donker te fietsen.
Na een paar kilometer bergaf door het drukke stadsverkeer fiets ik over een brug die me aan de zuidzijde van de Han-rivier brengt. Hier fiets ik de fietsroute -waar ik eergisteren ook op was- weer op. Het gaat lekker snel op de vlakke route met glas asfalt en zonder stoplichten.
Er zijn veel fietsers op de route en op elke plaats met fitnessapparaten en bankjes is het erg druk. Voor dit deel van mijn reis ben ik niet uitgerust met een goede kaart. Ergens moet er een afslag zijn naar het westen waar ik de rivier moet verlaten. Ik heb het vermoeden dat de hoofdroute vanzelf overgaat in de fietsroute -Ara West Sea Lock- naar het westen, maar ik weet het niet zeker.  Bij een afslag naar links langs een klein riviertje vraag ik het na bij enkele fietsers, om er zeker van te zijn dat ik niet de rest van de dag door de eindelose bebouwing van Seoul moet fietsen. Ze spreken te slecht Engels om me advies te geven. Na een paar minuten komt er een jonge goed Engels sprekende jonge vrouw helpen.
Dat ze jong kan ik alleen aan haar stem horen, want zoals vele fietsers en wandelaar hier, is ze zo ver ingepakt dat ik niets van haar gezicht kan zien. Ze legt me uit dat ik nog 10 kilometer deze route moet volgen en dat ik daarna de 21 kilometer lange Ara West Sea Lock begint. Op het einde kan ik de trein naar het vliegveld nemen. Ik vertel haar dat ik naar het vliegveld wil fietsen en dat ik bij Wolmido de veerpont wil nemen. Dat begrijpt ze niet, volgens haar is de trein veel makkelijker.
Het is fraai weer, de zon schijnt maar door de smog kan ik niet ver kijken. Op het einde van de fietsroute fiets ik een dijk op langs een kanaal. Hier begint de Ara West Sea Lock naar de westkust. Na 13 kilometer op deze route ga ik op een bankje langs het water zitten om thee te drinken, banaan en momo's -die ik uit de stad heb meegenomen- te eten.
Niet veel verder is er een hangbrug. Ik denk dat dit de beste plek is om een stuk naar het zuiden te fietsen naar Wolmido. Indien ik rechtdoor fiets mag ik niet de brug over fietsen naar het eiland waarop het vliegveld ligt en dan zou ik de trein moeten nemen. Ik vraag een fietsster langs de fietsroute om advies. Volgens haar is het nog heel ver weg naar Wolmido, maar dit is wel de juiste plek om naar het zuiden te fietsen. Ik moet nu vanaf de fietsroute met een lift naar een hoger gelegen fietspad en dan bovenaan de lift niet de brug naar het noorden over fietsen, maar de hooggelegen weg -die iets verderop over de snelweg gaat- naar het zuiden volgen.
Negen kilometer fiets ik over fietspaden langs een grote weg naar het zuiden. Het fietsen gaat allemaal lekker snel vandaag, alsof ik de hele weg wind mee heb. Als ik een bord North Harbour zie sla ik rechtsaf naar het westen. Daarna volg ik de borden Wolmido. Wolmido staat gelukkig in een andere kleur aangegeven, want meestal staat het alleen in het Koreaans aangegeven. Na een aantal kilometers met veel vrachtverkeer langs grote staalfabrieken kom ik bij Incheon Station. Bij de toeristen informatie vraag ik waar de fietswinkels precies zijn die ik op internet gevonden heb. De jonge man die me helpt zegt dat er geen fietsenwinkels zijn en als ik ze op internet gezien heb dan is dat verkeerde informatie. Hij gaat voor me op zoek naar een fietsenwinkel dichter bij het vliegveld. Bij Unseo Station is een fietsenwinkel. Hij belt de fietsenwinkel voor me of ze fietsdozen hebben. Tot 20.00 uur is de winkel open en voor 30.000 Won kan ik er een doos kopen. Ik krijg een toeristenkaart mee van de omgeving en een printje van Unseo Station waar de fiestenwinkel is.
Voor ik verder ga fiets ik in Incheon eerst China town binnen. Ik zie er enkele trappen met een toegangspoort erboven. Onderaan parkeer ik mijn fiets en wandel de trappen op. Achter de toegangspoort is een park, waar ik even doorheen wandel. Er is echter weinig bijzonders te zien en ik ben al snel weer terug bij mijn fiets.
Via het Wolmi-park kom ik na een paar kilometer op de promenade van Wolmido. Het lijkt op een badplaats, er is alleen geen strand maar meer een soort kade. Ik zie de veerboot van 15.00 uur net weg varen. Een uur lang fiets en wandel ik wat op en neer op de promenade op zoek naar iets lekkers om te eten. Er is teveel keuze, dat maakt me besluitenloos totdat ik ergens belegd brood kan kopen.
Om 16.00 uur vaar ik naar het eiland waar het vliegveld op ligt. Het kaartje van het toeristenbureau is niet juist. Het lijkt erop dat men van plan is het eiland helemaal vol te gaan bouwen. Er liggen allemaal nieuwe 8-baanswegen, waar het nu nog erg rustig is. De afstanden op het eiland zijn groter dan ik verwacht had. Dat geeft allemaal niets want ik heb nog 8 uur voor mijn vliegtuig vertrekt.
Ik weet niet of ik bij de fietsenwinkel ben die de man op het toeristenbureau heeft gebeld maar ik krijg een kleine fietsdoos gratis mee. Ook legt de fietsenmaker me uit hoe ik naar het vliegveld moet fietsen. De fietsenmaker vouwt voor me de doos op en bindt de doos met een oude fietsband achter op mijn fiets. Met een extra brede fiets -door de fietsdoos achterop- volg ik de route naar het vliegveld.
Al snel moet ik een stuk over een fietspad tussen vangrails wat de eerste 500 meter erg smal is. De fietsdoos past maar net tussen de vangrails. De laatste paar kilometer volg ik de borden naar de vertrekhal. Het is inmiddels donker geworden en ik fiets op de vluchtstrook van een weg die op een snelweg lijkt. Op de vluchtstrook kan ik prima fietsen tot er mensen voor me auto's gaan parkeren op de vluchtstrook. Steeds als ik zie dat er geen verkeer aan komt kan ik een paar geparkeerd auto's inhalen.
Om 18.10 uur ben ik op het vliegveld. Ik pak eerst mijn fiets in. Om de fiets in de kleine doos te krijgen snij ik een stuk uit de doos zodat het achterwiel aan de achterzijde uitsteekt. Aan de voorzijde steekt mijn stuur 10 centimeter uit. Aan de bovenzijde kan de doos niet goed dicht omdat het zadel te hoog staat.
In de warme vertrekhal wil ik graag mijn klamme en veel te warm zittende fietskleren uit doen. Bij het invalidetoilet is er genoeg ruimte om met bagage en fietsdoos naar binnen te rijden. Zo kan ik me rustig wassen -zonder mijn bagage onbeheerd in de vertrekhal achter te laten- en schone kleren aan doen.
Het inchecken begint eerder dan de aangegeven 21.55 uur. Bij de balie krijg ik een opmerking over mijn slecht ingepakte fiets. Ik moet een briefje tekenen dat KLM niet verantwoordelijk is voor de fiets. Dat vind ik geen enkel probleem, maar ik hoop wel dat ze er toch voorzichtig mee omgaan. Mijn fiets heeft toch al slechte ervaringen met de KLM en is sinds de KLM-vlucht van afgelopen zomer een paar centimeter korter.
Bij een andere balie betaal ik $100,-- voor de fiets en geef de fiets af bij de oversized bagage. Na een wachtrij bij de handbagage, een rij bij de paspoortcontrole en via een aantal roltrappen kom ik bij een perron. Met een trein kom ik op een ander deel van het vliegveld. Het gaat allemaal heel efficient. Om 23.00 uur heb ik daarna al een broodje en lasagna in een restaurant gegeten. Het had allemaal best wat langer mogen duren, want nu moet ik nog 2 uur wachten voor mijn vliegtuig vertrekt.
Zo komt er een einde aan een geweldige reis. Ik kan me nog niet voorstellen dat ik morgenochtend al weer aan het werk ben. Voorlopig moet ik eerst nog zien hoe ik mijn laatste Koreaans geld kan uitgeven of omwisselen.
Voor mijn laatste 58.000 Won krijg ik bij de bank nog € 45,-- terug. Zo heb ik -de € 50,-- voor DMZ-trip en de N Seoul Tower niet meegerekend- € 59,92 per nacht uitgegeven. Van de 10 nachten heb ik 8 nachten in een hotel geslapen, 1 nacht op een camping gestaan en de komende nacht slaap ik in het vliegtuig. Voor de vliegreis, boottocht Japan naar Zuid Korea en de DMZ-trip heb ik € 1254,-- uitgegeven. Dat is nog eens € 57,-- per nacht. De kosten van alle overige toegangsprijzen en kleine boottochten zijn bij de gewone dagelijkse kosten meegeteld.
Ik ben nog steeds verbaasd dat ik in Japan € 8,-- per nacht minder heb uitgegeven. Dit verschil komt doordat ik in Japan voor de hotels € 3,-- per nacht -in Zuid Korea heb ik € 45,-- per hotelovernachting betaald- minder heb uitgegeven en omdat ik in Japan meer -wild- gekampeerd heb. Verder heb ik in Japan niet meer geld uitgegeven voor het eten en drinken. Dat vind ik opmerkelijk, want omdat het daar 10 graden warmer was heb ik er veel meer jus d'orange en cola gekocht.
Ik vond Japan net iets leuker dan Zuid Korea. De bergen en kustlijnen waren iets mooier. De hotels waren in Japan heel bijzonder en het eten vond ik lekkerder. Daar staat tegenover dat er in Zuid Korea fietsroutes waren en het bezoek aan de DMZ. Ook niet onbelangrijk was dat het weer in Japan -10 graden warmer- nog een stuk beter was.