Afrika 2018

Zuid Afrika 1

Donderdag  26 juli 2018  Zuid Afrika   86 km 1044 hm
 
IMG-0073
Als ik wakker word blijf ik nog even liggen. Ik wacht tot de zon gaat schijnen en ik hoop dat de zon de tent zal drogen. Als de zon een half uur op de tent heeft geschenen sta ik op. De tent is nog drijfnat. Het winterzonnetje is niet krachtig genoeg en ik sta op een vochtig grasveld langs de Berg Rivier vlak bij Paarl in het Berg Rivier Resort
.

Paarl ligt ongeveer op een afstand van 60 kilometer vanaf Kaapstad. Eergisteren ben ik naar Kaapstad gevlogen en gisteren ben ik hier naar toe gefietst.
Ik heb vannacht geen damesbezoek gehad. Eén van de oude vrouwen die hier gisteren het blad van de bomen aan het aanharken waren, vond het maar niets dat ik vannacht alleen in de tent zou liggen. Als typisch Afrikaans grapje zei ze dat ze vannacht bij me zou komen liggen.

Bij de receptie van het resort geef ik de sleutel van het toiletgebouw af. Daarna vervolg ik mijn route naar de Victoria Falls, waar Ine en Marcel 15 september aankomen.

IMG-0075In Paarl koop ik brood en kaas en ik fiets verder op zoek naar een plekje om wat te eten. Ik kom al snel in Wellington. Voor ik het centrum in fiets kom ik langs een fraaie kerk met de naam "Moederkerk". Ik vind het een prachtige naam en ik vind het geweldig om al de borden in het Afrikaans te lezen. Het is een heel apart en vaak grappig Nederlands. Het is jammer dat ik -door het dialect wat ze hier spreken- de mensen meestal bijna niet kan verstaan.

Tegenover een parkje midden in de stad koop ik een pie en die eet ik op terwijl ik midden in het park op een bankje geniet van de zon. De pie heeft een vreemde smaak. Dat komt natuurlijk omdat in in een vreemd land ben en daar heb je vreemde mensen met vreemde gewoontes die vreemde dingen eten. Zo at ik gisteren in een restaurant vlak bij de camping een Ravioli Springbok.

Als ik Wellington uit fiets, begin ik aan de beklimming van de Bain's Kloof pass. Het eerste stuk van de beklimming gaat door een stuk bos. Op verschillende plaatsen zitten hier bavianen. Halverwege de beklimming zijn er diverse rustplaatsen met bankjes. Bij één bankje stop ik om wat te eten. Er is een man uit Kaapstad die op zoek is naar wat "rotsen" voor in zijn tuin. Kaapstad heeft last van droogte dit jaar en alle varens in zijn tuin zijn dood gegaan. Nu wil hij er een cactustuin van maken waarin hij de stenen wil leggen die hij net achterin zijn auto heeft gelegd.

De man vraagt waarom ik niet over de N7 naar het noorden fiets. Ik leg hem uit dat ik zo lang mogelijk over kleine rustige wegen naar het noorden wil fietsen en ik hoop dat tegen de tijd dat ik op de N7 kom dat de afstand tot Kaapstad zo groot is dat dit een rustige weg is geworden.

Na de prachtige Brain's Kloof pass kom ik bij de Breede Rivier op een iets grotere weg. Er is een prima vluchtstrook waarover ik kan fietsen terwijl de auto's met hoge snelheid langs me op rijden. Op zo'n 10 kilometer voor Ceres eet ik een ijsje bij de Hillybilly's Farm Stall. Een man zegt "dag meneer" tegen me. Ik vind dat een stuk beter klinken dan "dag basie", wat ze in 1990 vaak tegen me zeiden.

Bij de beklimming van de Mitchell's Pass lijkt het alsof ik recht tegen een indrukwekkende rotswand aan fiets. Net voor IMG-0110de rotswand draait de weg echter naar links. Even lijkt het erop alsof ik makkelijk over de pas heen rol, maar de laaste 2 kilometer moet ik toch nog even stevig door trappen op de 7% steile berghelling. De pashoogte is maar 400 meter hoog, toch fiets ik door een indrukwekkend berglandschap.

In Ceres fiets ik langs sportvelden. Er is ook een bowlingveld. Toen ik in 1990 in Zuid Afrika een bowlingveld zag hadden alle spelers nog ouderwetse witte kleding aan. Nu hebben de spelers "normale" kleding aan. Iets verderop krijg ik bij het caravanpark te horen dat ze geen tenten toestaan op het terrein. Gelukkig ben ik vroeg en ik krijg van de behulpzame receptionist een overzichtskaart van de omgeving met de overnachtingsmogelijkheden. Hij verwijst me door naar een kampeerterrein op 20 kilometer naar het oosten. Ik vertel hem dat dat te ver is vanaf mijn route naar het noorden. Dan vertelt hij me dat er in die richting op 9 kilometer afstand een camping is bij Peters Vale Guest Farm. Hij adviseert me ze op te bellen om te kijken of ze open zijn en of ze plek hebben.

Ik bel ze niet op en fiets over een snelle gladde asfaltweg naar het noorden. Na de afslag richting de camping zijn er -vooral in de buurt van arbeidershuisjes- mensen op straat. Sommige mensen liggen midden op de weg. Ze moeten steeds op staan als er een auto aan komt. Ik heb dit al vaker gezien in Afrika en vraag me af of ze niets beters te doen hebben. Af en toe rennen er jongens een stukje met me mee. Ik zeg ze gedag en let goed op of ze niet aan mijn tassen gaan hangen.

IMG-0117Bij de ingang van de guest farm hangt voor een gesloten poort een bordje met telefoonnummer. Ik bel het nummer en krijg van een man een code om de poort te openen. Ik moet verder fietsen richting de receptie, waar de man ook naar toe zal komen.  Voor ik bij de receptie ben haalt de man me al in. Hij vertelt dat ik meteen naar de camping kan rijden en het beste op plaats 12 kan gaan staan. Hij zal zo het toiletgebouw komen openen, want ik ben de enige gast vandaag. Plaats 12 is een prachtig plaatje van een kampeerplek in het bos aan een bergmeertje. Als ik de tent op heb staan komt de man me een prullenbak brengen. Hij zegt dat ik ook een kampvuur mag maken, met de kano op het meer mag gaan of een wandeling naar een waterval kan maken.

Net als gisteren sta ik op een prachtige kampeerplek. Vandaag is het helaas te laat om voor het om 18.15 uur donker wordt nog naar een restaurant te fietsen. Er zit dus niets anders op dan om zelf te koken. Zo kan ik meteen uit proberen of mijn brander goed werkt met de "benzine" die ik gisteren heb gekocht. Hier in Zuid Afrika kun je geen Coleman Fuel kopen, zo heb ik gelezen op internet. Ze verkopen bij de bouwmarkt wel "benzine". Ik denk dat het wasbenzine is en bijna net zo goed als Coleman Fuel.


Woensdag  1 augustus 2018  Van Springbok naar Noordoewer   125 km  709 hm
 IMG-0182
Ik slaap vannacht in "Die Ou Sendingspastorie". Toen ik gisteren in Springbok aankwam vroeg ik bij het Springbok Hotel of ze ook wifi hadden. Ze stuurden me door naar de Springbok Lodge. Deze lodge heeft kamers in veel van de oude gebouwen in de stad. Vlak achter de lodge in de Kerkstraat tegenover de Klipkerk staat het oude gebouw van "Die Ou Sendingspastorie". In dit gebouw is mijn slaapkamer. Het is ijskoud in mijn slaapkamer. Ik heb de hele nacht de verwarming aan gehad, maar deze kleine verwarmingsplaat die aan de muur hangt heeft weinig vermogen. Om een beetje warm te worden neem ik een warme douche. Ik ontbijt op mijn slaapkamer.

Vandaag is de laatste dag -voor het eerste deel- in Zuid Afrika. De meeste dagen heb ik gekampeerd. Het waren allemaal leuke kampeerplaatsen:

-Berg Rivier Resort bij Paarl op een grasveld aan de Berg Rivier. Dit leek nog het meeste op een camping in Europa.

-Peter Vale Guestfarm bij Ceres met een kampeerplaats aan een fraai bergmeertje

-in Citrusdal heb ik een huisje gehuurd op de camping die op de rand van het dorp lag.

-in Klawer in de tuin met herten en ganzen achter de lodge

-Hardeveldlodge in Nuwerus op een mini grasveldje in de tuin van de lodge, waar ik in de avond tv heb gekeken in de huiskamer van de lodge

-Bij de Kroonlodge in Kamieskroon op een luxe kampeerplek met eigen overdekte bbq/kampvuurplaats en eten wat bij de tent werd gebracht

Buiten is het koud. Gelukkig is het verder prachtig zonnig weer en ik vertrek in de korte broek maar wel met een trui en mijn windstopper aan. Net buiten de stad fiets ik een klein stukje door de schaduw van een berg. Daar is het even heel erg koud aan mijn benen.

IMG-0199Springbok ligt op een hoogte van 700 meter boven zeeniveau midden in de bergen van Mamakwaland. Dit is een droog gebied zonder bomen, maar met allemaal lage struiken. Het gebied staat bekend om zijn vele bloemen in het voorjaar. Hoewel ik daarvoor nog net te vroeg in het seizoen ben heb ik de afgelopen dagen al heel  veel wilde bloemen langs de weg gezien. Op een paar plaatsen staan er op de berghellingen toch nog een paar bomen. Het zijn Kokerbomen. Ze worden ze genoemd, maar eigenlijk zijn het hele grote vetplanten. Omdat ik een bezoek aan het Kokerboomwoud bij Keetmanshoop niet heb ingepland, neem ik hier maar foto's van deze aparte "bomen".

Op het einde van de ochtend nader ik de plaats Steinkopf. Dit is de enige plaats die ik vandaag onderweg tegen zal komen. De laatste 15 kilometer naar het dorp is een kaars rechte weg en ik kan op die 15 kilometer afstand het dorp al zien. Ik fiets over een soort hoogvlakte. Het is niet vlak. De weg gaat steeds bergop en bergaf, maar de "echte" bergen liggen wat verder weg. De koude wind staat hier in een andere hoek en ik heb plotseling tegenwind. De struiken zijn in dit open gebied hooguit 20 centimeter, terwijl ze in het begin van de ochtend nog een halve meter hoog waren. Naarmate ik dichter bij Steinkopf kom, staan er steeds meer van de planten in bloei. Met al die paarse bloemen is het net of ik in het najaar over de heide fiets in Nederland.

Steinkopf lijkt me een Duitse naam. Meestal zie ik hier Afrikaanse namen. Die Afrikaanse namen vind ik prachtig. Het zijn namen als Kameelboom, Graafwater, Soebatsfontein, Kraairiviersgat, Mesklip, Matjiskloof, Kotzeshoop, Groenkoekies, Grootmis, Kleinsee en Hondeklipbaai.

Op een klein stukje van de weg is er bij Steinkopf een benzinestation met een klein winkeltje waar ik een ijsje koop. Het is een beetje een derde wereld plek. Er zijn hier geen witte mensen te zien. Op dit soort plaatsen kom je als toerist maar heel erg weinig. Wat dit betreft lijkt er hier op het platte land weinig verandert na de apartheid. Bij elke guestfarm, camping of restaurant is de eigenaar wit en het werkvolk zwart. Verder fiets ik over prachtige wegen in een ogenschijnlijk rijk land. Af en toe zie ik een stukje met armoedige arbeiders huisjes, waar nooit een wit iemand woont. Op tv zag ik gisteren dat 27,7% van de beroepsbevolking werkloos is. Ondanks al die werlozen in dit land, komen er vanuit heel Afrika mensen naar Zuid Afrika om hier op zoek te gaan naar werk en een beter leven. Hierdoor wordt het probleem met de grote werkloosheid nog groter.IMG-0201

Na Steinkopf fiets ik tegen de wind in verder de bergen in. De weg gaat heel langzaam omhoog naar het hoogste punt van vandaag, dat rond de 850 meter hoogte ligt. Overal langs de N7 -waar ik de laatste dagen op fiets- staan er bij kleine parkeerplaatsen met een paar ronde tafels  en betonnen krukken er omheen. Op één van die parkeerplaatsen stop ik om wat te eten en te drinken. Om me tegen de wind te beschermen tijdens de pauze doe ik mijn regenjas aan over mijn windstopper. Verder is het prachtig zonnig weer.

Vlak na de pauze begint de weg te dalen. Het is vals plat. Het lijkt vlak maar ik ga met 1% naar beneden. Zo heb ik een heerlijke lange afdaling. De laatste 40 kilometer naar de Oranje rivier gaan alsmaar naar beneden. Het landschap wordt steeds kaler. Bij de afdaling van de Vyfmylpoort -deze bergpas is voor mij alleen een afdaling- fiets ik plotseling in een echte woestijn met kale roodbruine en zwarte bergen met veel rotsen.

Door de snelle afdaling ben ik vroeg in Viooldrift en ik besluit vandaag nog de grens over te steken naar Namibië. Aan de Zuid Afrikaanse zijde moet ik me bij 2 kantoortjes melden en ik krijg een briefje mee om af te geven bij de laatste douanepost net voor de brug over de grensrivier. Bij het afgeven van dat briefje vraag ik of ik een foto mag nemen op de brug. Dat mag ik van de douanebeambte, hij roept me nog na dat ik zelfs een duik mag nemen in de rivier. Midden op de brug maak ik een foto van de Oranjerivier. Een kilometer verderop -bij de douane van Namibië- moet ik een formulier invullen. Bij adres in Namibië schrijf ik "en route" op. Dat is niet de bedoeling en de douanebeambte vraagt me waar ik vannacht zal overnachten. Op mijn gps heb ik een lodge gezien met camping. Ik ben de naam vergeten en zet snel mijn gps weer aan en zie daar dat het de "Orange River Lodge" is.

IMG-0243 Bij de Orange River Lodge blijkt dat ze eigenlijk geen camping meer hebben. Gelukkig mag ik toch op een grasveldje mijn tent op zetten en ik kan me in één van de slaapkamers douchen. Dat douchen moet wel snel gebeuren, want de badkamer is helemaal vol met muggen. Er wordt een rekening voor me geopend zodat ik morgen pas alles hoef af te rekennen. Zo kan ik bij het winkeltje naast de lodge nog Namibia Dollars pinnen. In Namibië kun je ook betalen met Zuid Afrikaanse Rand, maar andersom niet. In de winkel staat alleen een kleine pinautomaat waar ik maar 1500 Namibia Dollars kan pinnen. Tussen de biljetten zit ook een 100 Rand biljet. De waarde van de Dollar is precies de waarde van de Rand.

Ik zit de hele avond in de lodge. Deze kampeerplaats naast het restaurant vind ik geweldig. In het restaurant heb ik wifi, muziek en de hele avond bediening als ik honger of dorst heb. Na het eten bestel ik nog geroosterd brood met kaas en spek. Ik vraag de ober of ze hiervoor geen Afrikaans woord hebben. In Nederland noemen we dit een tosti. De ober moet nu lachen, want ik spreek gewoon Afrikaans terwijl ik tot nu toe steeds Engels gesproken heb. Ik leg hem uit dat ik meestal Engels spreek, omdat ik anders steeds moet vragen of men heel rustig en duidelijk Afrikaans wil spreken.

Het eerste deel door Zuid Afrika van deze reis zit er weer op. Ik heb 778 kilometer gefietst en 8038 hoogtemeters gemaakt. Van de 8 nachten heb ik 5 keer gekampeerd, 2 keer heb ik in een hotel geslapen en 1 keer in een huisje op de camping. Voor de camping heb ik gemiddeld € 6,12 betaald en voor de 3 overige overnachtingen € 33,53. In totaal heb ik € 32,56 per dag uitgegeven, waarvan dus ruim 50% voor het overnachten. Bij deze prijs zit ook de 100 Rand voor de taxi op de eerste avond van het vliegveld naar het hotel. Daarnaast heb ik op Schiphol nog € 100,-- betaald voor het meenemen van mijn fiets op de heenweg. Voor het retourticket Amsterdam naar Kaapstad heb ik ongeveer € 850,-- uitgegeven.